Caravaggio-Bernini. Barok in Rome: geniale gangmakers middelpunt in Rijksmuseum

Gian Lorenzo Bernini, Medusa, Rome, 1636-1640, Rome, Musei Capitolini, Palazzo dei Conservatori

*De expositie ‘Caravaggio-Bernini. Barok in Rome’ in het Rijksmuseum – eerder in het Kunsthistorisches Museum in Wenen – begint in de catalogus met een diefstal, in zijn introductie grijpt Stefan Weppelmann de lezer meteen bij de lurven. In maart 1608 maakten enkele personen zich ’s nachts in Perugia meester van Rafaëls ‘Graflegging’ uit 1507 en brachten het meesterwerk naar Rome. Opdrachtgever was kardinaal Scipione Borghese, ter meerdere eer en glorie van het kunstbezit van de Kerkelijke Staat (en zichzelf). De diefstal werd goedgekeurd door niemand minder dan paus Paulus V, zijn oom. Het Rome waar de schilder Caravaggio (1571-1610) en de beeldhouwer Bernini (1598-1680) als geniale gangmakers in een internationale snelkookpan glorieerden, karakteriseert Weppelmann niet voor niets als een ‘kosmopolitische arena van eerzuchtige edellieden, hooggeplaatste geestelijken, kunstenaars, verzamelaars en geleerden, maar ook als stad van bedriegers, zakkenrollers en prostituees'. Het toneel van de barok, de nieuwe stijl die overigens pas veel later zo werd genoemd naar het Italiaanse woord voor grillige parel, ‘barocco’.

Michelangelo Merisi da Caravaggio, Narcissus, Rome, Gallerie Nazionali d'Arte Antica, Palazzo Barberini

Caravaggio’s ‘Narcissus’ – op zijn eigen spiegelbeeld verliefd, gedateerd circa 1600 - en Bernini’s ‘Medusa’ met haar huiveringwekkende slangenhaardos – tussen 1638 en 1640 gemaakt – introduceren de vernieuwingen bij de entree virtuoos. Een ‘indringend naturalisme’ en ‘krachtig clair-obscur’ waren tussen globaal 1600 en 1640 de norm om begrippen als passie en compassie, visioenen, afschuw, scherts, beweging en liefde (goddelijk en aards) in schilderkunst, beeldhouwkunst en architectuur tot uitdrukking te brengen. Zaal twee is gevuld met bijbelse onthoofdingen (Holofernus, Goliath): de triomf in de blik waarmee Judith het hoofd van Holofernus toont op de versie van Carlo Saraceni is een van de naturalistische juweeltjes.

Carlo Saraceni, Judith met het hoofd van Holofernes, ca. 1610, Kunsthistorisches Museum Wenen

En zo verder: mede door grote formaten voelen veel scènes op de zeventig werken dichtbij, elke zaal heeft een eigen thema dat weer een andere achtbaan aan emoties oproept. Caravaggio en Bernini triomferen als bikvangers overal moeiteloos, maar onder de vele verrassingen van hoge kwaliteit is bijvoorbeeld ook Artemisia Gentileschi (1593-ca.1654), de enige vrouw in het gezelschap kunstenaars. Ze verbeeldde tussen 1620-1625 of 1630-1635 ‘De extase van Maria Magdalena’ elektrificerend levensecht. Schilderde ze naar model?

Artemisia Gentileschu, De extase van Maria Magdalena, Rome of Venetië, 1620-1625 of 1630-1635, particuliere collectie

Kardinaal Scipione was veel méér dan een kunstdief in een bestuursmodel dat was gefundeerd op nepotisme, benadrukt Weppelmann in een schets van het enorme artistieke elan van het Rome van die dagen: ‘Juist de Borgheses staken bijzonder veel energie in dit bestuursmodel en hun invloed op de kunst en het stadsbeeld van Rome is tot op de dag van vandaag herkenbaar. Zelf onderscheidde kardinaal Scipione zich als bouwheer van de Villa Borghese, terwijl de paus het palazzo van de familie in de binnenstad verwierf. Tijdens diens pontificaat werd de St.-Pieter voltooid, waarvoor Carlo Maderno die nieuwe façade ontwierp.’ Paulus V liet ook het Quirinaal verder uitbouwen. Paus Urbanus VIII (1623-1644) was de belangrijkste beschermheer van Bernini, in wie hij ‘een nieuwe Michelangelo’ zag. De kunstenaar voltooide in 1633 het monument met de vier getorste zuilen boven het pauselijk altaar in de St.-Pieter en later ook het grafmonument van Urbanus aldaar. Bernini had aan opdrachten geen gebrek, het gold voor velen.

Twee aspecten uit de culturele smeltkroes die Rome was, zouden volgens Weppelmann Europese dimensies aannemen: de nieuwe, alom benadrukte zin voor de werkelijkheid en anderzijds ‘een toegenomen aandacht voor de emoties, oftewel de affetti, voor de gevoelswereld als manifestatie van het menselijk bestaan’. Het doel van deze tentoonstelling: ‘Deze kern van de barokke kunst in Rome bloot te leggen en in exemplarische werken te presenteren.’ In de subtiele kleuren van het Italiaanse vormgevingsduo Simone Farresin en Andrea Trimarchi van het bureau Formafantasma, is dat voor vijf sterren gelukt.

De expositie Caravaggio-Bernini. Barok in Rome’ in het Rijksmuseum duurt tot en met 7 juni. Voor meer informatie: http://www.rijksmuseum.nl

Gian Lorenzo Bernini, Thomas Baker (1606-1658), Rome ca. 1638, Londen, Victoria and Albert Museum

Reageren