Bruce Nauman in Stedelijk Museum: nieuw perspectief, waarheden verpakt in ironie

Zaalopname Bruce Nauman Stedelijk Museum, foto Peter Tijhuis

Door Antje von Graevenitz

Stel je voor dat je in de eerste ruimte van Bruce Naumans tentoonstelling in het Stedelijk Museum in een kleine witte ruimte zou belanden en er niets zou zien, maar wel een hese mannelijke stem zou horen zeggen: ‘Ga uit deze ruimte, ga uit mijn hoofd‘ (‘Get out of this room, get out of my mind!‘). Zou je je dan meteen omdraaien en weggaan? Zou je de 80-jarige kunstenaar uit Zuid-Californië zomaar gehoorzamen? Waarschijnlijk niet.

Misschien oordeel je afstandelijk, zoals: een typisch conceptueel werk, inhoudelijk gericht tegen het waarnemen van kunst, waaraan die anders altijd zou moeten voldoen. Misschien ook: een installatie, waarin alleen nog ‘sound’ op een haast agressieve wijze inspeelt op de relatie ‘werk - kijker’. De tijd van ontstaan, 1968, laat ook gedachten opkomen over studenten-revoltes. Toch is de indringende benauwdheid die deze interdisciplinaire installatie oproept tot op heden typisch voor het werk van Bruce Nauman. Ook in het Stedelijk Museum presenteert het zich als basso continuo over keuzemogelijkheden voor de mens: leven en dood – en wat betreft het leven: doorwrocht van seks, liefde, frustratie, falen, martelen, strijd, radeloosheid en onvermogen.

Zaalopname Bruce Nauman Stedelijk Museum, foto Peter Tijhuis

Toch heb ik het verkeerd: deze tentoonstelling begint niet met: ‘Get out of this room, get out of my mind‘ (dit kom je pas later tegen), maar midden bovenin in de erezaal met het bekende neon-signatuur, ‘bbbbbbrrrrrruuuuuucccccceeeeee....‘ Het is de overbekende fictieve verwachting van de kunstenaar: ‘My name as though it were written on the surface of the moon‘(1968). Je kan over de titel glimlachen, tenzij men het de kunstenaar kwalijk zou nemen zich door middel van zijn signatuur de maan te willen toe-eigenen kort voor zoiets in 1969 daadwerkelijk gebeurde: de bemanning van Apollo 8 stak een Amerikaanse vlag in de grond en liet die er pronkend achter.

Ter introductie van de tentoonstelling wordt Nauman als politiek geëngageerd getoond en wel met een vleugje ironie. Het zet de toon en werkt tegelijk vanwege zijn bekendheid als reminder. Dat is een begrijpelijke wens van de organisatoren, Leontine Coelewij en voormalig curator Martijn van Nieuwenhuyzen omdat juist dit werk uit de eigen verzameling komt.

Toch moet men Nauman met zijn meest typerende onderwerpen eerst ontdekken. Dat lukt met de twee carousselachtige werken rechts en links van de maan-signatuur: vooral met die van mallen van gevilde jachttrofeeën uit 1988. Het gruwelijke gezicht is maar fictie, toch brandt dit beeld zich in je hoofd. De beesten draaien rond door drukken op een rode knop, zoals ook bij andere variaties van caroussels. Dramatiek – zo prominent in Naumans werk - wordt desondanks elders in de presentatie wat afgezwakt. De klemtoon ligt op taal-gerichte werken. Op de zijmuur pronkt het grote neon-werk van Nauman als spiraal-vormige reclame-boodschap: ‘The true artist helps the world by revealing mystic truths‘. Deze leuze karakteriseert de tentoonstelling: waarheden verpakt in ironie.

Zaalopname Bruce Nauman, Stedelijk Museum, foto Peter Tijhuis

Deze enigzins ‘elegant’ gepresenteerde expositie is ook anders dan men veelal tegenkomt bij Nauman, bijvoorbeeld nog in het Schaulager in Basel in 2018. De grote gebaren met het agressief uit monitoren schreeuwend kale hoofd (‘Anthro/Socio‘ uit 1991) ontbreekt, anders zou hij door alle zalen heen te horen zijn geweest en zo de werken hebben ‘ingekleurd’. Ook de grote tunnelontwerpen met hun doodlopende wegen voor onder de aarde blijven hier buiten beschouwing, evenals de vrolijk gekleurde dubbele hoofden met het gezicht van Nauman zelf, die van het plafond bungelen, soms met een afgeneden tong, die andersom weer in de monden worden gestopt. Ook de corridoren met monitoren ontbreken waarin bezoekers het benauwende effect ervan op hun eigen lichaam kunnen bestuderen. Evenals Naumans ‘Dreampassage‘ met het hangend meubilair, bovendien zijn schijnbaar op geel licht zwevende hut. Het is een sterk gemis.

Wel is de stalen dubbele kooi uit het Museum Boijmans Van Beuningen present. Je zou je erin kunnen dwingen: een letterlijk beklemmend gevoel. Nauman werkt voor de overdracht van gedragsvormen en emotionele effecten op bezoekers. Helaas is binnengaan door COVID-19  voorlopig niet mogelijk. Het Stedelijk heeft wel gezorgd voor een toelichting en een filmpje waarbij duidelijk wordt hoe men het werk kan ervaren als men binnen is.

Zaalopname Bruce Nauman, Stedelijk Museum, foto Peter Tijhuis

Toch valt er veel te ontdekken: vroege video-beelden uit eind jaren zestig bijvoorbeeld, waarop de kunstenaar zelf performances uitvoert. Hij laat zien hoe hij zich met behavioristisch gedrag heeft onderzocht: in nauwe gangen en op wit gestreepte begrenzingen op zijn studio-vloer of in hoeken. Dat levert absurdistische beelden op, geïnspireerd door de existentialistische filosofie van Samuel Beckett, Maurice Merleau-Ponty en de gedragswetenschap van Frederick Perls en Burrhus Skinner. Ook zijn plastische stukken uit zijn vroege periode worden getoond, hoewel ze een beetje te veel bij elkaar gepropt ogen. Het betonnen stuk bijvoorbeeld dat precies de lege ruimte onder een eenvoudige stoel zou kunnen vullen, heeft meer leegte om zich heen nodig om door sculpturale transitie effect te oogsten. Soms zou minder werk in één zaal meer geweest zijn.

Zaalopname Bruce Nauman, Stedelijk Museum, foto Peter Tijhuis

Steeds intensiever ontwikkelde Nauman vervolgens dramatische onderwerpen, die deels ook in deze tentoonstelling zijn opgenomen. Zijn video ‘Clown Torture‘ uit 1987 getuigt er op indringende wijze van: met handen en voeten probeert er een clown panisch elk bekijks te weren (hij richt zich dus tegen mij!). En hij roept even angstig als scherp: ‘No, no, no...‘ Dat wekt identificatie op met dit absurde gevecht: iets in beslag te willen nemen door te willen zien en je tegelijk tegen deze macht te willen verzetten. Het lijkt al wel een profetische allegorie op social media, waarvan men in 1989 nog niets kon weten. Zo bezien ontstaat in Naumans werk vaak een dualisme dat elkaar doorkruist. Ook op deze tentoonstelling lijkt dat een principiële rode draad. Zo wordt een opvallende kruisvorm in een ‘tussen-installatie‘ begrijpelijk. Daarin lijken zwarte marmeren kubussen onder natrium-licht alsof ze elkaar willen doordringen. (1981-1988). Op een ander werk nabij lees je de tegenstellingen: ‘Live and die, eat and die, know and die..‘ Hoewel je in Amsterdam meestal met minder ‘dwingende‘ werken van Nauman wordt geconfronteerd, met minder dramatische, je leert hem wel meer van zijn filosofische, ironische en poëtische kant kennen en komt werk tegen dat zelden wordt getoond.

Zaalopname Bruce Nauman, Stedelijk Museum. foto Peter Tijhuis

Bruce Nauman in het Stedelijk Museum Amsterdam duurt tot en met 24 oktober. Catalogus, (in het Engels) ed. door Andrea Lissoni en Nicholas Sorota, London 2020, 29,95 euro.

Voor meer informatie: http://www.stedelijk.nl

 

 

 

 

 

Reageren