Poëzie Japanse natuur: prachtige expositie bruiklenen in SieboldHuis Leiden

Ohara Koson, IJsvogel boven irissen, 1926, privécollectie

Prachtig gestileerde prenten van dieren en bloemen, sfeervol en verstild, oorspronkelijke schilderijen en blokprints van reigers, kraanvogels, ganzen, eenden, pauwen, fazanten, zwaluwen, duiven, koekoeken, valken en kraaien. Ze getuigen van groot vakmanschap en zijn pure poëzie. De prenten, afkomstig uit museale en privécollecties uit de hele wereld, zijn nu te bewonderen in de tentoonstelling ‘Kachō-ga, de poëzie van de Japanse natuur’ in het Japanmuseum SieboldHuis in Leiden.

Door Lucie Th. Vermij

*Het statige SieboldHuis aan het Leidse Rapenburg – geopend in 2005 - is gewijd aan de bijzondere relatie tussen Japan en Nederland. De vaste collectie bevat prenten, lakwerk, keramiek, fossielen, herbaria, geprepareerde dieren, munten, kleding, oude landkaarten en honderden andere schatten, die tussen 1823 en 1829 in Japan verzameld zijn door de Beierse arts Philipp Franz von Siebold. Hij verbleef zeven jaar in Nederlandse dienst op de Nederlandse handelspost in het toen nog geïsoleerde Japan en bracht veel kennis over land, plantenwereld en cultuur naar Europa. Omdat hij van spionage werd beticht moest hij vertrekken. In Japan is hij echter nog steeds beroemd omdat hij er indertijd de geneeskunde in een stroomversnelling bracht. In het museum draait een film over zijn leven, waar een Siebold sound-alike met een bekakt en zelfingenomen stemgeluid de voice-over inspreekt. Je moet je er even overheen zetten.

Ohara Koson, Reigers in de regen, ca. 1926, foto auteur

Maar de tijdelijke expositie ‘Kachō-ga’ (wat letterlijk betekent ‘afbeeldingen van vogels en bloemen’) kan ik niet weerstaan. De Japanse prentkunst (van de 18e tot 20e eeuw) met zijn vaste thema’s landschappen, courtisanes, strijders, acteurs is beroemd en wijdverbreid, vooral omdat zoveel gedrukte prenten vanaf het begin wereldwijd zijn verkocht. Het genre ‘dieren en bloemen’ is veel kleiner dan de andere genres, maar het aantrekkelijke van dieren- en bloemen-prenten is dat ze tijdloos zijn. Je zou kunnen zeggen dat de westerse culturen vooral vechten om de natuur te overwinnen en dat Japanners meer in harmonie met de natuur leven in een verlangen om één met haar te worden. Hoewel dat met de huidige verstedelijking daar ook maar  de vraag is. Het genre 'Kachō-ga' gaat overigens verder dan vogels en bloemen en omvat ook prenten van planten, grassen, bomen, zoogdieren, reptielen, vissen en insecten – eigenlijk de hele levende natuurlijke wereld.

De bezoeker wordt ook vergast op kamerschermen, rolschilderingen, albums, waaiers, drieluiken en geïllustreerde boeken. De kunstenaars die er hangen zijn onder meer Isoda Koryūsai (1735-1790), Keisai Eisen (1790-1848), Utagawa Hiroshige (1797-1858), Imao Keinen (1845-1924), Nakayama Sūgakudō (1850-1860), Ohara Koson (1877-1945). Als die namen u niets zeggen, google ze.

Utagawa Hiroshige, IJsvogel en hortensia, ca. 1830, privécollectie

Van de 19e-eeuwse Utagawa Hiroshige en de 20e-eeuwse Ohara Koson hangen de meeste werken. Zij werkten voor uitgevers die de prenten in hoge oplagen lieten drukken en verkochten en werden daar wereldwijd beroemd mee. Hiroshige maakte smalle langwerpige prenten, vaak vergezeld van een haiku. Veel vogels vliegen tussen bloesems. Zijn onderwerpen hebben een grote symbolische betekenis. Zijn prenten zijn een en al grote vriendelijkheid, lieflijkheid en sierlijkheid. Hiroshige was bijzonder knap in het creëren van beweging: zijn zwaluwen lijken echt te fladderen om bij de bloemen van een perzikboom te komen.

Van het werk van Ohara Koson werd ik het meest enthousiast. Bijzondere composities, bijzondere vogels. De spreeuw in de magnolia als voorbode van de lente, een reiger voor de maan, twee groene pauwen op de stam van een bloeiende kersenboom. Koson schildert de vogels vaak in barre weersomstandigheden: een watersnip in de regen, een groep witte reigers in de sneeuw, vliegende ganzen in een sneeuwlandschap, er is te veel om op te noemen. Ga er naar toe en geniet.

Murakami Sadao, Chrysanten, Verzameling van honderd bloemenprenten, 1932, privécollectie

De tentoonstelling sluit af met schitterende foto’s van vogels in de stad van de hand van de hedendaagse fotograaf Mizutani Yoshinori (1987). Hij studeerde in 2012 af aan de Fotoacademie Tokyo en won al enkele prestigieuze prijzen. Twee series hangen er: 'The Birds' en 'Tokyo Parrots'. Parkieten en spreeuwen in bomen en op elektriciteitsdraden. Door de verstedelijking in Tokyo (en andere steden) raken vogels hun oorspronkelijke nestgebieden kwijt en gaan hun nesten in de stad bouwen. Door hun constante getjilp en vogelpoep worden ze een steeds grotere bron van overlast voor de stadsbewoners, maar het lukt de gemeentelijke instanties niet ze weg te krijgen. Prachtig geel tegen de strakblauwe lucht. Een prachtig beeld van de vitaliteit van deze vogels.

Collage Kacho-ga, foto auteur

De tentoonstelling ‘Kachō-ga, de poëzie van de Japanse natuur’ is tot 3 maart te zien in het Japanmuseum SieboldHuis.

Adres: Japanmuseum SieboldHuis, Rapenburg 19, 2311 GE Leiden

Website: https://www.sieboldhuis.org/tentoonstellingen/kach%C5%8Dga-de-po%C3%ABzie-van-de-japanse-natuur

Catalogus, Chris Uhlenbeck, Kachō-ga, de poëzie van de Japanse natuur, een uitgave van Japanmuseum SieboldHuis, € 25,-

Mizutani Yoshinori, Tokyo Parrots 023, 2013, privécollectie

Reageren