‘Monet. Tuinen van verbeelding’ in Kunstmuseum Den Haag: wegdromen bij waterlelies

Claude Monet, Waterlelies 1916-1919, foto Kunstmuseum Den Haag

Door Lucie Th. Vermij

* Op naar de tentoonstelling ‘Monet. Tuinen van verbeelding’ in het Kunstmuseum Den Haag, tot voor kort nog Gemeentemuseum geheten. De nieuwe naam moet de internationale ambities van het museum benadrukken. Maar was dat niet altijd al een museum met internationale allure? Deze Monet is ook weer zeer de moeite waard.

Claude Monet (1840-1926) schilderde waterlelie-schilderijen in de tweede helft van zijn leven. In feite staan ze los van zijn vroegere impressionistische werk waarmee hij naam had gemaakt. Ooit werkte ik in een posterwinkel annex lijstenmakerij waar we aardig wat 'Nymphéades' (waterlelies) in de rekken hadden hangen en verkochten. Ik wist niet of ik ze mooi vond of kitsch, met al dat overweldigende blauw-en-roze. Toevallig raakte ik in die jaren in Parijs verzeild in de Orangerie van de Tuileries, waar enorme panorama’s met Monets waterlelies bleken te hangen. Zaal na zaal. Duizelingwekkende ervaring, die rijkdom van water en bloemen en spiegelingen. Nooit vergeten.

Claude Monet, Japanse brug, 1918. Musée Marmottan, foto Kunstmuseum Den Haag

In 1883, toen Monet een eindje in de veertig was, verhuisde hij met vrouw en kinderen van Parijs naar het dorp Giverny aan de Seine, ten westen van Parijs. Daar legde hij twee enorme tuinen aan: een bloementuin en een watertuin met een waterlelievijver. Zo kon hij permanent buiten schilderen, zijn passie, bovendien handig naarmate hij ouder werd. Die waterlelievijver schilderde hij honderden keren. Zijn vormentaal werd steeds expressionistischer, de schilderijen kleurexplosies. De monumentale wandschilderingen in de Musée de l’Orangerie worden ook wel ‘De Sixtijnse Kapel van het impressionisme’ genoemd. Die zijn daar sinds 1927 te bezichtigen, het jaar na Monets dood.

Monet exposeerde in 1909 – hij liep toen tegen de zeventig – nog tientallen waterlelies op een succesvolle tentoonstelling. Daarna exposeerde en/of verkocht hij niet meer, hij werd ouderwets gevonden. Rampspoed overviel hem: in 1911 stierf zijn vrouw en niet veel later kreeg hijzelf de diagnose staar. Tot 1914 schilderde hij helemaal niet, dat jaar begon hij toch - 74 jaar oud - aan de Grandes Décorations voor de Orangerie, meterslange waterlelieschilderijen die de bezoeker als een panorama omringen.

Claude Monet, En Norvegienne, La Barque à Giverny, 1887, Musée d'Orsay, foto Kunstmuseum Den Haag

In 1909 noemde de Franse kunstcriticus Louis Gillet de waterlelies ‘onderstebovenschilderijen’. Weerspiegeld in de vijver groeiden de bomen van bovenaf het beeld in, richting de wolkenhemel die de onderste helft van het doek besloeg. Voor de weerspiegelde bomen hingen ook slierten treurwilg of blauweregen en door de reflecties heen probeerde Monet soms iets weer te geven van wat zich vlak ónder de waterspiegel bevond. 'De pure abstractie van de kunst kan niet verder gaan', meende Gillet. Daar vergiste hij zich in. Monet ging altijd uit van een voorstelling en die voorstelling werd toegankelijker zodra er waterlelies in het spel waren.

Toen Monet in 1926 overleed was er vrijwel geen interesse meer voor zijn waterlelieschilderijen. Pas in de jaren vijftig werden ze weer geëxposeerd, onder meer in het Gemeentemuseum in Den Haag nota bene. Het waren de Amerikaanse schilders Elsworth Kelly, Mark Rothko en Jackson Pollock die de waterlelies van Mont als belangrijke inspiratiebron noemden. Nu zijn de waterlelies ongekend populair.

Claude Monet, Waterlelies, 1914, foto Kunstmuseum Den Haag

Op de tentoonstelling in het Kunstmuseum hangen niet die fantastische 'vaste' panoramadoeken uit de Orangerie, maar wel meer dan veertig prachtige stukken vanuit de hele wereld. Niet alleen waterlelies, maar ook andere tuingezichten en blauwe regens en irissen. Het is hallucinerend, al die herhaling. We kunnen er ook oude filmbeelden zien van Monet aan het werk en hedendaagse filmbeelden van de weerspiegelingen in de huidige vijvers van Giverny. Eén tuin, zoveel variaties. Prachtig.

Voor meer informatie: http://www.kunstmuseum.nl

De tentoonstelling 'Monet. Tuinen van verbeelding' is te zien t/m 2 februari 2020.

Kunstmuseum Den Haag, Stadhouderslaan 41, 2517 HV Den Haag.

De catalogus met teksten van Benno Tempel (directeur Kunstmuseum Den Haag), Frouke van Dijke (conservator Kunstmuseum Den Haag) en Marianne Mathieu (directeur Musée Marmottan Monet) is uitgegeven door Uitgeverij Hannibal. Nederlandse editie € 24,95.

Claude Monet voor zijn huis in Giverny, 1921, anonieme fotograaf, Musée d'Orsay

2 Reacties

  1. Tess

    18 mei 2020

    Nadat hij twee schilderijen van Monet cadeau had gekregen, werd Monet door de bevriende Franse premier Georges Clemenceau aangemoedigd om een ambitieus werk te maken, waarin zijn geliefde motief van waterlelies de hoofdrol kon spelen. Acht monumentale rond gebogen muurpanelen zouden de beschouwer geheel moeten omgeven met atmosferische waterpartijen. Het resultaat wordt ook wel ‘De Sixtijnse Kapel van het impressionisme’ genoemd. Sinds 1927, het jaar na de dood van de grote meester, is de monumentale wandschildering te bewonderen in het toen net geopende Musée de l’Orangerie in de Tuilerieën in Parijs

    Reageer
    • Françoise Ledeboer

      19 mei 2020

      Met dank.

      Reageer

Reageren