*Je kunt er overnachten in de kasteeltoren, evenementen bezoeken, een feest geven, wandelen door de oudste tuin van Nederland en/of de expositie ‘Liefde voor de Middeleeuwen’ over de collectie-Mengelberg bekijken. Wie een bezoek aan Huis Bergh in ’s-Heerenberg in het mooie Montferland voorbereidt, moet zichzelf vooral trakteren op de film ‘Herinneringen aan kasteelheer Jan Herman van Heek’, 11 minuten op YouTube en de website. Goderd van Heek (topfit, geen detail uit het verleden vergeten) schetst tijdens een rondleiding een portret van zijn vader, de Twentse textielfabrikant die in 1912 besloot het uitgewoonde kasteel uit oorspronkelijk de 13e eeuw met omringende landerijen te redden. Van Heek typeert zijn vader liefdevol als een bescheiden kunstminnende man met een hekel aan de kwalificatie ‘textielbaron’. In een ander leven was Jan Herman van Heek (1873-1957) allicht kunstenaar geworden: hij vulde 92 schetsboeken, een filmfragment laat zien dat hij zeer getalenteerd was.
Nog geen paar jaar nadat de gigantische opknapbeurt in 1933 was afgerond en de inrichting zoals Van Heek het wilde, sloeg het noodlot toe: in de nacht van 14 op 15 maart 1939 brandde het kasteel grotendeels af, oververhitting van een schoorsteen de vermoedelijke oorzaak. De film omvat archiefbeelden van die rampzalige gebeurtenis: de vlammenzee zó verwoestend dat het een wonder lijkt dat een deel van de kunstcollectie kon worden gered. Van Heek en zijn vrouw waren tijdens de brand in Lugano op de terugreis uit Egypte. In de publicatie die bij de Mengelberg-expositie is verschenen – de tekst van Annemarie Vels Heijn, Rijksmuseum-oudgediende, nu verantwoordelijk voor de exposities in Huis Bergh – staat een foto van de handgeschreven objectenlijst die Anna van Heek-van Wulfften Palthe in Lugano ‘uit het geheugen’ opstelde, verloren gegane objecten bij de brand kregen later de toevoeging ‘weg’. Ze steunde haar man altijd door dik en dun, vertelt zoon Goderd. Er werd vanzelfsprekend besloten tot herbouw, dit keer in middeleeuwse gedaante. De oorlogsjaren verstreken ermee, het gezin logeerde tussentijds in de toren die overeind was blijven staan.
Jan Herman van Heek kocht in november 1919 de collectie die tijdens monnikenarbeid van Annemarie van Santen en René van Gruting de afgelopen jaren is gereconstrueerd: die van Friedrich Wilhelm Mengelberg (1837-1919), vader van de dirigent van het Concertgebouworkest. Mengelberg, geboren in Keulen, kwam in 1869 naar Utrecht om opdrachten uit te voeren voor de katholieke kerk. De bisschoppelijke hiërarchie was in 1853 hersteld, de emancipatie van de katholieken kon vanaf dat moment vaart krijgen. De opdrachtenportefeuille van Mengelberg was steeds enorm goed gevuld, in zijn atelier achter zijn huis op Maliebaan 80 werkten volgens Annemarie Vels Heijn tientallen medewerkers: ‘Als groot bewonderaar van de Middeleeuwen en de Gotiek werkte hij voornamelijk in neogotische stijl.'
In de publicatie – te koop voor 2 euro – staan foto’s van het verbluffend volgepakte interieur van het huis van Mengelberg. Hij was een gepassioneerde verzamelaar van schilderijen en beelden omdat die als inspiratiebron voor zijn eigen werk konden dienen. Vels Heijn maakt dat aanschouwelijk in het hoofdstukje ‘Goed voorbeeld doet goed volgen’. Daarin vergelijkt ze aan de hand van foto’s ‘de plooival van een mantel, de houding van een arm en de stand van de figuren’ op werk van Mengelberg met voorwerpen uit zijn collectie, nu te zien in Huis Bergh.
Van Heek ging drie keer kijken op de Maliebaan voor hij besloot tot aankoop van 177 kunstobjecten, vrijwel de complete nalatenschap van Mengelberg. De onderverdeling: 93 religieuze schilderijen, 55 beeldhouwwerken, 21 profane schilderijen en 8 stuks religieus vaatwerk. De vraagprijs was aanvankelijk 260.000 gulden, de koop werd gesloten voor 195.000 gulden, nu 1,2 miljoen euro.
In zijn dagboek schreef hij op 10 november 1919 in zijn keurige handschrift: ‘Ik beschouw dit feit als een belangrijke stap in mijn leven (…) Ik heb over dezen koop maandenlang nagedacht en drie malen het familiehuis der Mengelbergs bezocht, waar in alle vertrekken en gangen de schatten waren opgehoopt. Tenslotte heb ik den knoop doorgehakt, en de verzameling à f 195.000 overgenomen, waarmede zijn voor ons land behouden blijft. Ze zouden anders of geheel uiteen zijn gevallen, of, wat veel waarschijnlijker is, naar Amerika overgebracht, waar zij m.i. schatten zouden hebben opgebracht.’
Voor de reconstructie van de afgelopen jaren is de nummering aangehouden van de handgeschreven inventarislijst van 1919. Een deel van de Mengelberg-aankoop ging verloren tijdens de brand, maar de aankoop die Van Heek deed, vormt naast Italiaanse kunst nog altijd het 'hart' van Huis Bergh. Van Heek bracht een twintigtal werken onder in andere musea, waarschijnlijk omdat hij ze niet in Huis Bergh vond passen, schrijft Vels Heijn. Daarbij was het Rijksmuseum Twenthe, een ‘Christus op de palmezel’ gaf hij in 1927 in bruikleen aan wat nu het Catharijneconvent is. In 1989 is die tenslotte aangekocht door het museum. Er verblijven tegenwoordig ook werken uit de Mengelberg-collectie in depot omdat de kwaliteit naar moderne maatstaven onvoldoende is. Restauratie had soms desastreuze gevolgen. De digitale catalogus staat op de website van Huis Bergh, voorbereidingen om de catalogus dit najaar ook als boek uit te geven zijn in volle gang.
Zie http://www.huisbergh.nl voor verdere informatie en de digitale catalogus, auteurs Annemarie van Santen en René van Gruting, eindredactie Annemarie Vels Heijn, vormgeving Frans Hesselink.
De expositie ‘Liefde voor de Middeleeuwen. De Collectie Mengelberg in Huis Bergh’ duurt tot en met 27 juni 2021. De gelijknamige publicatie van Annemarie Vels Heijn kost 2 euro.
Verder lezen:
Nieuwe avonturen met een collectie. Ontdekkingen in de verzamelingen van Huis Bergh, diverse auteurs, inleiding Annemarie Vels Heijn. Stichting Huis Bergh, 's-Heerenberg 2019