Leaving the Echo Chamber, Sharjah Biënnale bij Dubai: verloren paradijzen, fantastische cartografie

Qiu Zhijie, Maps of Games - Used to be a Loser, 2015, 300 x 126 cm, foto Saskia Bos

Door Saskia Bos

*Het moge zo zijn dat Francis Fukuyama dezer dagen 'identiteit' als een centraal begrip beschouwt en in zijn recente boek concludeert dat de beste oplossing geboden wordt door een politiek van 'integrative national identities', de Sharjah Biënnale gaat met de tentoonstelling 'Leaving the Echo Chamber' subtieler te werk.

Of de kunstenaars nu uit Bangladesh, Libanon of Nigeria komen - er zijn weinig Europeanen en nagenoeg geen vertegenwoordigers uit Zuid-Amerika - het gaat hen om vergeten geschiedenissen, vervaagde grenzen tussen feit en fictie en soms ook om synesthesie, het appelleren aan meerdere zintuigen.

Identiteit is hier geen vaag containerbegrip en niets roept om de natiestaat: de werken spitsen zich toe op de specificiteit van een situatie uit een onderbelichte periode in een bepaalde streek die onder de loep wordt genomen en poëtisch-kritisch verbeeld.

Wie een allesomvattende, encyclopedische tentoonstelling verwacht van deze 14e Biënnale die vlakbij Dubai ligt en anderhalf uur rijden van het nieuwe Louvre Abu Dhabi - is misschien teleurgesteld. Maar als je graag onbekend werk ziet (ik kende maar een derde van de kunstenaars) of nieuwsgierig bent naar nieuw werk van al enigszins bekende kunstenaars (Lawrence Abu Hamdan exposeert nu in Witte de With, Qiu Zhijie was onlangs in het Van Abbemuseum en van Meiro Koizumi, Meshac Gaba en Otobong Nkanga zijn werken bij twee galeries in Amsterdam te zien), dan is een bezoek aan Sharjah zeker de moeite waard. Vooral omdat twee van de drie curatoren, Omar Kholeif en Zoe Butt, zelf uit het Midden Oosten en Zuidoost-Azië afkomstig zijn, waardoor zij het jonge aanbod daar goed kennen en ook omdat ze veelal op dezelfde golflengte zitten.

Er rondlopen is zoeken en alles willen zien haast onmogelijk omdat sommige locaties anderhalf uur rijden van het centrum verwijderd zijn (jammer genoeg in de tegenovergestelde richting van Dubai en Abu Dhabi). Je concentreren op de hoofdtentoonstelling loont en drie kwart van de 80 kunstwerken zien zou in een – pittige - dag moeten lukken.

Akram Zaatari, The Landing, 2019, film, interviews and installation, foto Saskia Bos

De thematieken die de curatoren hebben gekozen komen voort uit hun interesse in vergeten verhalen, geschiedenissen die zijn onderdrukt of gebeurtenissen die niet bespreekbaar zijn en daarom een weg vinden in een vaak surreële verteltrant. Kwestieuze nederzettingen, verloren paradijzen, verdreven gelovigen en onafhankelijkheidsoorlogen: de onderwerpen lijken te groot, maar toegespitst en uitgediept bieden zij stof tot reflectie en soms aanleiding tot aangrijpende kunstwerken.

Zo diept Lawrence Abu Hamdan uit Beirut verhalen op uit een door hem beheerd archief en 'ontmoet' hij de reïncarnatie van een soldaat die op zijn 16e in de Libanese burgeroorlog omkwam. Gefilmd als druk gesticulerende personages tegen de achtergrond van nieuwsfragmenten, is het een manier van vertellen, die past in gebieden waar details over sektarische conflicten onderdrukt worden.

In die zin kun je in zijn werk elementen herkennen die Walid Raad al sinds de Documenta 11 van - de zojuist overleden - Okwui Enwezor toonde: onder de fictieve naam 'Atlas Group' die later uit één persoon bleek te bestaan. Raad, die binnenkort een groot overzicht krijgt in het Stedelijk Museum, was oprichter samen met Akram Zaatari en Yto Barrada van de Arab Image Foundation (wel een echt archief).

Zaatari, die net als Walid Raad een generatie ouder is dan Abu Hamdan, is ook op deze biënnale te zien, maar richt zich nu op een vervreemdend gebruik van geluiden die uit zelfgemaakte pijpen afkomstig zijn, op klankervaringen die leven geven aan verlaten gebouwen op een desolate plek in de woestijn waar een nederzetting is gebouwd die niet wordt bewoond maar in z'n zanderigheid tot speelplek wordt en waar schommelen in een verlaten binnenplaats tegenwicht biedt voor het luide en dreigende landen en opstijgen van helikopters.

Fantastische cartografie is er van Qiu Zhijie, die zogeheten "psycho-geografieën" maakt, schitterende kaarten waarin verlangens en verdriet, ambities en conflicten tot zeeën worden waar je heen kunt varen, meren waar je over kunt dromen of bergen die je zou willen bezoeken. Wie wil er niet naar het dorp Imagination ? Waarom zijn we nog niet naar de River of Carpentry gereisd en wat staat ons te wachten als we per ongeluk in de vallei van de Securities Fraud terechtkomen?

Maar verderop is er de realiteit: een filmstill (of is het gewoon zo stil daar?) van Ampannee Satoh toont een bescheiden monument voor de moord in 1948 op Thaise moslims en - in dezelfde provincie in 2004 - op boeddhisten en op Maleisische moslims.

Eerst is er niets anders dan dat verstilde beeld en het geluid van vogels en ritselende bladeren, dat vervolgens langzaam overgaat in een gebed dat de herinnering levend wil houden, een beeld dat net zo sterk wil zijn als het stenen gedenkteken.

Sterk is hier de ingehouden compassie en respectvolle distantie die meer werk in de tentoonstelling tekent.

Otobong Nkanga & Emeka Ogbo, Aging Ruins Dreaming Only to Recall the Chisel of the Past, 2019, multichannel sound installation, sculpture and light, foto Saskia Bos

Daar hoort zeker ook het werk van de Indonesische Jompet Kuswidananto bij. In een donkere ruimte zijn enorme kroonluchters opgehangen in de vorm van een grote vogel die de ruimte voor drie kwart beslaat. Maar ze zijn 'gecrasht', door een aardbeving? Dat het gebeurde door een politieke omwenteling is meer waarschijnlijk, als je de korte geprojecteerde teksten leest en de geluidsfragmenten hoort die een vreemd soort heimwee verraden naar de tijd van de Concordia Social club in Bandung, waar Keroncong muziek gespeeld werd.

Contrasterende tijdperken, confrontaties die de koloniale geschiedenis oproepen en die weer een nieuwe dimensie geven aan werken die een meer recente machtsstrijd aanroeren: in het werk van de in Irak geboren en in Chicago werkzame Michael Rakowitz komt een actiefiguurtje van een Afro-Amerikaanse soldaat (ooit echt gebruikt in een dreigfoto van een Iraakse groep opstandelingen), een museum in Bagdad binnen en begint verbaasd zijn ontdekkingstocht van een verleden waarover hij in de verstarde ogen van duizenden jaren oude beelden een antwoord tracht te vinden. Rakowitz laat zogenaamd het poppetje de Sumerische cultuur ontdekken en – zo lijkt het – zich bij een oeroud beeldje verontschuldigen.

Misschien is dat werk in zijn komische ontroering wel een van de sterkste bijdragen naast het werk van Otobong Nkanga - voor deze gelegenheid samenwerkend Emeka Ogboh - dat als een van de weinige de vallende avond poëtisch weet te vangen in een kleur- en klankrijke binnenplaats, ditmaal niet gefilmd maar tot een fysieke en ruimtelijke belevenis gemaakt door transparante vellen kleur en prachtige regen-liederen uit de Emiraten, klanken en teksten die uit een mysterieus soort vogelhuisjes komen en je verleiden om te blijven, te schommelen, of te wandelen naar iets als de 'River of Carpentry'.

Hier staat een deel van het dorp Imagination in het echt.

Zoals met elk biënnale-verslag is dit een keuze, er is veel meer werk te zien, van vergeten en/of overleden Libanese en Turkse vrouwelijke schilders, expressief gehakte houten beelden maar ook - helaas matig - werk van meer bekende kunstenaars als Candice Breitz, Stan Douglas en Alfredo Jaar.

Munem Wasif, Man selling Jute, 2018, foto Saskia Bos

De meest interessante werken confronteren de bezoeker via fotografie, video of film met onbekende verhalen, nieuwe problematieken en bedolven geheimen. A restitution of a history lost or even unknown (Omar Kholeif) is het doel waarom de curatoren en kunstenaars de 'Echo Ruimte' van steeds dezelfde geografische en taalgebieden willen verlaten om met andere beelden en klanken te provoceren.

Dat sommige werken in hun verhalende vorm soms doen denken aan eerdere video's van wat oudere kunstenaars zegt misschien iets over de jeugdige leeftijd van hun makers, maar er is wel degelijk sprake van nieuwe stijlfiguren en metaforen die ontstaan vanuit een onbespreekbaarheid van de actuele politieke situaties. De gekozen werken tonen hoe geestesverschijningen niet alleen verankerd zijn in religies en mythes, maar anno nu ook ruimte bieden als vehikel om het onzegbare te vertellen. Hoe filmbeelden van gereïncarneerde soldaten, actiefiguurtjes en fantastische cartografie daar naast worden geplaatst is een voor deze biënnale speels en boeiend uitgangspunt.

De 14e Sjarjah Biënnale duurt nog tot 10 juni

Voor meer informatie: http://www.sharjahart.org/

 

 

Reageren