Franz en Ferdinand Bauer in Teylers Museum: absolute top botanische kunst

Ferdinand Bauer, Nerium oleander, Sherardian Library of the Bodleian Libraries Oxford

*De expositie ‘200 Soorten groen, botanische kunst van Franz en Ferdinand Bauer’ in het Teylers Museum presenteert het uitzonderlijkste ooit gemaakt. Bij superlatieven in museale aankondigingen blijft enige scepsis altijd raadzaam om teleurstellingen te voorkomen. Dit keer onterecht: de aquarellen van Franz (1758-1840) en Ferdinand (1760-1826) Bauer wekten meteen ademloze bewondering op. Dat deden ze bijvoorbeeld ook bij Goethe en de grote Duitse wetenschapper Von Humboldt (naamgever van de universiteit van Berlijn) en niet voor niets waren de natuurwetenschappelijk uitgaven met hun illustraties onder de vroegste aankopen van Martinus van Marum (1750-1837), de eerste directeur van het Teylers Museum, tevens wetenschapper.

De wieg van de broers stond in Feldsberg, tegenwoordig Valtice net over de grens van Oostenrijk en Tsjechië. Dat was toen een stadje met 243 huizen en twee kloosters, per koets op een halve dag afstand van de hoofdstad Wenen. Hun vader was hofschilder van de prins van Liechtenstein maar stierf al in 1762, te vroeg om zijn begaafde zoons op weg te helpen. Geluk bij een ongeluk: vermoedelijk hun moeder kon hen de eerste teken- en schilderlessen geven.

Franz Bauer, Strelitzia depicta, Natural History Museum Londen

In deze ‘bescheiden omgeving’ (Terry van Druten in de gelijknamige publicatie) kwamen ze vroeg onder de hoede van dokter Norbert Boccius, subprior van het klooster van de Hospitaalbroeders in Feldsberg, leraar anatomie, chirurgie en verpleegkundige en amateurplantkundige. Hij begon met de aanleg van een verzameling botanische tekeningen in het Liber Regni Vegetabilis, vermoedelijk met de ambitie daarin alle bekende plantensoorten bijeen te brengen. De Bauers hebben daar vanaf hun veertiende aan bijgedragen, het ‘Liber’ groeide in de loop van de tijd uit tot veertien albums met afbeeldingen van ongeveer 3100 plantensoorten en staat tegenwoordig bekend als de Codex Liechtenstein.

Voor vervolgonderwijs gingen de broers naar Wenen, waar ze in 1781 voor het eerst zijn genoteerd in het register van de Akademie der bildenden Künste. Vermoedelijk via Boccius, aldus Van Druten, kwamen ze in contact met de plantkundige Nikolaus Joseph von Jacquin (1727- 1817), directeur van de botanische tuin van Wenen en hoogleraar botanie en scheikunde. De Bauers maakten afbeeldingen voor diens ‘Icones Plantarum Rariorum’, zeldzame planten uit die botanische tuin. Jacquin was een van de eerste navolgers van de beroemde Zweedse plantkundige Linnaeus (1707-1778). De broers maakten zo kennis en praktiseerden de nieuwste wetenschappelijke ontwikkeling in de botanie: in 1753 vastgelegd in zijn boek ‘Species Plantarum’ hadden planten van Linnaeus tweedelige namen gekregen, onderverdeeld in geslachts- en soortnaam.

Ferdinand Bauer, Aloe vulgaris, uit: Flora Graeca, Teylers Museum

Ferdinand ging mee op Britse botanische expedities naar het Ottomaanse Rijk en Australië, de zoektocht van Europese mogendheden naar nuttige planten kwam in die periode in een stroomversnelling. Zijn productiviteit was enorm: hij legde ter plekke planten in hoog tempo vast met een grafietstift en gebruikte een nummeringssysteem om de kleuren te registreren, ter plekke aquarelleren was te omslachtig geweest. Hij onderscheidde maar liefst duizend kleuren, waaronder tweehonderd soorten groen.

Franz werd benoemd tot eerste ‘Botanick Painter to his Majesty’ en maakte een groot aantal uitzonderlijk gedetailleerde aquarellen van de planten die vanuit de hele wereld in de botanische tuin van Kew Gardens terecht kwamen. Het wetenschappelijke debat verschoof al in zijn tijd naar tijdschriften van geleerde genootschappen, waarmee zijn werk in zwart-wit zijn grootste verspreiding kreeg. Mede dankzij bruiklenen van de Bodleian Library Oxford, het Naturhistorisches Museum Wenen en het Natural History Museum in Londen is deze tentoonstelling gelukkig een en al ‘ouderwetse’ kleurenpracht.

De expositie ‘200 Soorten groen, botanische kunst van Franz en Ferdinand Bauer’ in het Teylers Museum duurt tot en met 12 mei. De gelijknamige publicatie met bijdragen van Terry van Druten en Esther van Gelder verscheen bij uitgeverij THOTH, paperback, 96 pagina’s, 17,95 euro.

Voor meer informatie: http://www.teylersmuseum.nl

Franz Bauer, Paeonia suffruticosa, Natural History Museum London

Reageren