Amsterdam Diamantstad in Joods Historisch Museum: ook het Engelse koningshuis was klant

Joseph Asscher heft de hamer voor de eerste splitsing van de Cullinan in februari 1908, foto uit het album 'The Cullinan', 1908 t/m 1911, Stadsarchief Amsterdam

*Met de expositie ‘Amsterdam Diamantstad’ markeert het Joods Historisch Museum (JHM) de oprichting van de Algemene Nederlandse Diamantbewerkersbond (ANDB) 125 jaar geleden. Onder leiding van briljantsnijder Henri Polak realiseerde de bond als eerste vakorganisatie revolutionaire verbeteringen voor de – in grote meerderheid joodse – arbeiders in de diamantindustrie: onder meer vakantie (eerst een week), de 8-urige werkdag en 40-urige werkweek. Amsterdamse vaklieden vergaarden internationaal zoveel faam dat er beroemde diamanten werden toevertrouwd: het Engelse koningshuis verstrekte in 1852 de opdracht voor het slijpen van de Koh-i-Noor aan de firma M.E. Coster, de firma I.J. Asscher mocht in 1908 de Cullinan bewerken. De stenen maken nu deel uit van de Britse kroonjuwelen.

Anoniem, diamantklovers- en snijdersatelier (ca 1901-1903), tekening pen en penseel in kleur, gouache, Koninklijke Verzamelingen, Den Haag

Verantwoordelijk voor het kloven en slijpen van de Cullinan, toen de grootste diamant ter wereld, was Joseph Asscher. Hij was een van de vier zoons van de Isaac Joseph Asscher die de firma tot bloei had  gebracht. De foto van het moment dat Joseph in februari 1908 de hamer heft voor de eerste splitsing is vast later in scene gezet voor het album ‘The Cullinan’, ook op de expositie aanwezig. Dat maakt de foto niet minder spannend: Joseph moet tijdens het moment suprême over stalen zenuwen hebben beschikt. De samenstellers konden voor de expositie uit een enorme voorraad depotschatten putten: prachtig geborduurde vaandels, strijdbare affiches, liefdevol gemaakte miniatuurmodellen van diamantslijperijen, magische filmbeelden (Japanse prinsen op bezoek bij Asscher in 1921), fraaie objecten als collectebussen die het sociale vangnet illustreren enzovoort presenteren de ANDB-geschiedenis met verbeeldingskracht.

Anoniem, collectebus voor Zonnestraal, 1920-1940, collectie Joods Historisch Museum

Van werk tot vrije tijd iedereen veilig onder de paraplu van de vakbond, fijn, was het nog maar zo. Dan dient zich - natúúrlijk onvermijdelijk - de Tweede Wereldoorlog aan. NSB-fotograaf Bart de Kok (1896-1972) was op 16 april 1942 in de Diamantbeurs aanwezig toen het Rijksbureau voor Diamant alle handelaren dwong hun diamanten in te leveren. Rechercheur Willem Klarenbeek zag erop toe dat ze ter controle ook hun zakken leegden. De Kok legde de weerzinwekkende roofactie vast, zijn foto’s werden pas in 2010 op een geheime plek teruggevonden tijdens een verbouwing in een huis in Amsterdam-Zuid.  Na de Tweede Wereldoorlog hervatte een aantal joodse fabrikanten – onder wie Asscher, Soep, Van Moppes, Drukker en Streep – de productie, maar de groei en bloei van voorheen werd niet meer bereikt. De ANDB sloot zich in 1958 aan bij de Algemene Nederlandse Metaalbewerkersbond, gedwongen door een leerlingentekort, een teruglopend aantal bondsleden en een maandenlange staking. Bij Coster Diamonds – een rij panden in de Paulus Potterstraat – is het vaak een drukte van belang door de toeristenstroom: ‘Amsterdam Diamantstad’, het klopt nog steeds.

Roland Holst, ontwerp voor de muurschildering 'Solidariteit weerstaat ook de lokkende stem van het goud' voor het gebouw van de ANDB, Stadsarchief Amsterdam

De expositie ‘Amsterdam Diamantstad’ in het Joods Historisch Museum duurt tot en met 1 maart 2020. Voor meer informatie: http://www.jck.nl

Reageren