Niniveh in Rijksmuseum van Oudheden: glansrol echtgenoot Agatha Christie

Agatha Christie (links) en Max Mallowan (centraal) tijdens een bezoek aan de opgravingen van Nippur in Zuid-Irak, tussen 1949 en 1953. C The Penn Museum Archives (49024)

Agatha Christie (links) en Max Mallowan (centraal) tijdens een bezoek aan de opgravingen van Nippur in Zuid-Irak, tussen 1949 en 1953. C The Penn Museum Archives (49024)

*Toen de Britse archeoloog Max Mallowan in oktober 1931 met zijn echtgenote Agatha Christie in het opgravingshuis in Niniveh in Noord-Irak - bij het huidige Mosul - arriveerde, nam Christie geen genoegen met de lege kratjes waarop de archeologen al jaren zaten. Ze vroeg om gewone stoelen en een tafel voor haar typemachine. In Niniveh - aan de oevers van de Tigris ooit hoofdstad van het Assyrische Rijk en tot de verwoesting in 612 v. Chr. machtigste stad ter wereld – schreef ze ‘Lord Edgware sterft’. Een van de opgegraven skeletten kreeg zijn naam. In het Rijksmuseum van Oudheden is de aanwezigheid van Agatha Christie – met boeken, een typemachine en een foto bij de opgravingen van Nippur in Zuid-Irak tussen 1949 en 1953 – nu van ondergeschikt belang.

Op de tentoonstelling over Niniveh – waarvoor 250 topstukken uit internationale musea bijeen werden gebracht – zijn de hoofdrollen voor de negentiende en twintigste eeuw voor onderzoekers weggelegd. Onder hen geldt Max Mallowan nog steeds als een van de belangrijkste. Met gevaar voor eigen leven groef hij met zijn opgravingsteam een gat van zeventwintig meter door meer dan 9000 jaar bewoningsgeschiedenis tot hij de natuurlijke bodem van de heuvel Kuyunjik bereikte. Het chronologische overzicht dat Mallowan voor de datering van aardewerk in de opgravingslagen samenstelde, wordt nog altijd gebruikt. Onder meer uitgestald: een aardewerken kom uit de periode 3700 - 2900 v. Chr. uit het Ashmolean Museum en een aardewerken kruik uit de periode 250 v. Chr. - 224 na Chr. uit de eigen collectie.

Portret van een vrouw, kalksteen, ca. 700-625 v. Chr, gevonden in Niniveh onder leiding van Austin Henry Layard, mogelijk de godin Isjtar. Collectie en foto: c The Trustees of the British Museum (no. 118897)

Portret van een vrouw, kalksteen, ca. 700-625 v. Chr, gevonden in Niniveh onder leiding van Austin Henry Layard, mogelijk de godin Isjtar. Collectie en foto: c The Trustees of the British Museum (no. 118897)

Irak was na de Eerste Wereldoorlog onder Brits mandaat gekomen. Dat had het in 1927 voor archeoloog - en voormalig spion - Reginald Campbell Thompson makkelijk gemaakt in Niniveh met opgravingen te beginnen. Volgens de toelichting – overal op de expositie voortreffelijk – was hij geïnteresseerd in kleitabletten, maar ontdekte ook tempels voor de eredienst aan Isjtar, godin van liefde en oorlog en Nabu, god van het schrift. De samenstellers hebben naast foto’s ook oude films gevonden: met onder meer magische beelden van ijverig gravende lokale helpers uit het archief van de Royal British Society, gemaakt rondom 1930. Verbluffend is de zeer hedendaagse 3 D-animatie van Niniveh ten tijde van de regering van koning Assurbanipal (668-627 v. Chr.), een reconstructie door Kais J. Ishak: zó echt dat het een toeristische bestemming lijkt.

Prisma met tekst in spijkerschrift, aardewerk, 7de eeuw voor. Chr, gevonden in heuvel Nebi Yunus van Niniveh. Tekst over heldendaden koning Sennarcherib. Foto en collecties: c The Trustees of the British Museum (no. BM 22502)

Prisma met tekst in spijkerschrift, aardewerk, 7de eeuw voor. Chr, gevonden in heuvel Nebi Yunus van Niniveh. Tekst over heldendaden koning Sennarcherib. Foto en collecties: c The Trustees of the British Museum (no. BM 22502)

Veel informatie over het dagelijks leven komt van de reliëfs waarmee de paleizen waren versierd: hoe gingen de Assyriërs gekleed, hoe zagen hun kapsels eruit, welke serviesgoed stond er op tafel, enzovoort. Assurbanipal werd vooral bekend door zijn liefde voor literatuur, hij was de stichter van de eerste bibliotheek ter wereld. Er moeten volgens Nabije Oosten-conservator Lucas Petit - in het RMO-magazine - nog altijd meer dan 30.000 tekstfragmenten worden vertaald, het merendeel bewaard in het British Museum. Een van de bruiklenen uit dit museum is het gave prisma met tekst in spijkerschrift uit de zevende eeuw waarop koning Sennacherib zijn eigen daden roemt.

Het Rijksmuseum van Oudheden heeft een expositie van uitzonderlijke rijkdom gemaakt. In de eerste maanden van 2016 heeft IS alle zichtbare resten van Niniveh in Mosul – waaronder gereconstrueerde stadsmuren en twee overgebleven kamers in het paleis – vernield. Er is gelukkig veel bewaard dat geen gevaar loopt.

De Niniveh-expositie in het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden duurt nog tot en met 25 maart. Voor meer informatie: http://www.rmo.nl

Reconstructie van de kleuren op een Assyrisch reliëf in het paleis van koning Sennacherib, gebouwd rond 704 v. Chr. Illustratie: c Rijksmuseum van Oudheden

Reconstructie van de kleuren op een Assyrisch reliëf in het paleis van koning Sennacherib, gebouwd rond 704 v. Chr. Illustratie: c Rijksmuseum van Oudheden

Reageren